1. De gerbil is een knaagdier, oorspronkelijk afkomstig uit Afrika en Zuid-Azië. In het wild leeft hij in de woestijn. Vandaar de bijnaam ‘woestijnrat’. De gerbil is familie van de hamster, de muis en de rat.

2. De gerbil is speels en nieuwsgierig. Het is een groepsdier, dat zich alleen op zijn gemak voelt met soortgenootjes om zich heen. Neem er dus altijd een paar tegelijk.

3. De gerbil is erg handig in het ontwijken van gevaar. Als u iets doet waarvan hij schrikt, gaat hij onmiddellijk ‘doodliggen’. Zijn instinct fluistert hem namelijk in dat de vijand geen liefhebber is van een dode gerbil.

4. Bij een dreigende aanval wappert de gerbil driftig met het kwastje aan zijn staart, om de aandacht van zijn lijf af te leiden. Als de vijand zijn tanden in het kwastje zet, is de gerbil zijn staarthaartjes voorgoed kwijt. Pak een gerbil trouwens nooit bij zijn staart, dat is een heel gevoelig plekje.

5. Meer informatie over de gerbil vindt u in het boek ‘Houden van hamsters en gerbils’ door Don Harper, Van Reemst Uitgeverij bv, of in ‘De gerbil als gezelschapsdier’ door Fred Petrij, Uitgeverij Etiko.

Bron : Staart & Co Februari 1997